Inspiratie. Bestaat dat wel?
“Hé Jos”, schreef Kees, een van mijn teamgenoten in Write Club, “Ik heb een gedachte die wel eens een onderwerp voor jou zou kunnen zijn: bestaat inspiratie? Kun je je werkelijk laten inspireren? Marketeers zijn namelijk dol op 'inspiratie', maar naar mijn idee zijn ze vooral aan het knippen en plakken. Of is het begrip gewoon aan inflatie onderhevig?”
Die vraag vroeg om problemen. M’n handen jeukten al bij de gedachte om daar wat over te tikken. En hier is mijn antwoord.
Inspiratie bestaat volgens mij helemaal niet. ‘Spiratie’ wél. Ga ik natuurlijk uitleggen. Hoe dan ook, de meeste mensen gaan te veel op in de race van de dagelijkse waanzin om werkelijk door de muze bezocht te worden. (O wacht, de muze bestaat ook niet.) Ok, let me explain.
Inspiratie. Een mooi woord. Mensen die geïnspireerd worden, maken mooie dingen, zijn tot nobele daden in staat, of zorgen ervoor dat ze niet snel vergeten worden. Maar wat betekent het woord nu precies? Etymologie dan maar. Het woord is afkomstig uit het Latijn. Het woord zelf bestaat uit twee delen ‘in’ en ‘spiratie’. ‘In’ is wat het ook in het Nederlands betekent. ‘Spiratie’ komt van spiritus, geest. Inspiratie betekent zoiets als een adem in je krijgen. Er wordt iets in je geblazen en dat zet je in actie. Je wordt bezocht door iets van buitenaf.
De bijbel
Zoals met zo’n beetje alles in onze Westerse cultuur komt het ofwel van de Grieken en de Romeinen of er zitten christelijke dan wel joodse bronnen achter. In dit geval is de link met de Bijbelse literatuur snel gelegd. In Genesis lezen we dat Adam, de eerste mens, door God gevormd werd van stof. En God blies met zijn adem in die hoop klei en voilá: Adam, een levend wezen. De geest van God maakt stof tot een levend mens. Inspiratie! Hoewel in dit geval God ‘geïnspireerd’ wordt om Adam te maken, is het Adam die dus geest ingeblazen krijgt.
Later in de Bijbel komt het regelmatig voor dat mensen op een bijzondere manier door de Geest van God bezocht worden. Ze raken vol van Gods Geest en spreken namens God. Hier is dan duidelijk sprake van inspiratie. Nog later in de Bijbel — we zitten dan inmiddels in het Nieuwe Testament — worden alle gelovigen op een gegeven moment vervuld met de Heilige Geest en gaan ze en masse in vreemde talen spreken. Dát is nog eens inspiratie.
Dualisme
Er is een latent dualisme hier: geest versus stof, of — in christelijke termen — geest versus vlees. Hoewel nog weinigen iets weten van de christelijke wortels van onze cultuur, denken wij nog steeds op dezelfde dualistische manier. Het woord inspiratie verraadt het al een beetje. Er moet iets van buitenaf komen om de boel in beweging te brengen.
Je hebt aan de ene kant materie en aan de andere kant iets onzichtbaars dat tot leven komt en zich met materie bekleedt. Nog steeds delen mensen vaak de wereld op in een geestelijke en een wereldse realiteit. Nog steeds denken we in termen van een nu en een hiernamaals. We gaan dood en ons lichaam vergaat, maar iets blijft over, blijft voortbestaan. Geest en stof zijn duidelijk van elkaar onderscheiden. De geest blijft, vlees vergaat tot stof.
Aan de andere kant hebben we de materialisten die niet meer zien dan moleculen, atomen, en quarks. Dát is de ultieme realiteit. Verder is er niets. Voor de materialist is er niet zoiets als inspiratie want er is geen geest die de materie tot leven wekt. Materie gedraagt zich volgens deterministische regels die in de materie zelf opgesloten liggen.
Een belangrijke denker in de 19de eeuw hield zich hier ook mee bezig. Hegel had het over Geist. Logisch want hij sprak Duits. Voor hem zijn oneindigheid en eindigheid op elkaar betrokken. Geist (Geest dus—wat dat ook mag zijn) komt in de wereld tot zelfexpressie en vervulling. Ongedefinieerd in zijn oneindigheid is Geest dus niet zo veel waard. Het wordt pas wat, wanneer Geest en wereld samenkomen en het absolute zich uitdrukt in menselijk individu, menselijke cultuur en filosofie. Hegel had een meer gebalanceerde benadering dan de materialisten die na hem kwamen.
Je ziet bij Hegel dus al veel sterker de nadruk liggen op het samengaan van Geest en materie. Een soort synthese. O wacht, ik gebruik het woord synthese bij Hegel en daar moet ik echt wat over zeggen. De dialectische synthese was Hegels paradepaardje bij uitstek. In Hegels denken is er een constant heen en weer bewegen tussen geest en wereld, geest en materie, oneindigheid en eindigheid. Net zolang totdat ze een complex harmonische hoogtepunt hebben bereikt. Inspiratie is voor hem een permanent heen en weer bewegen van geest en materie op een pad dat steeds verder omhoog voert.
Alternatief
Maar goed, we leven niet meer in de 19de eeuw van Hegel en de materialisten van de 20ste eeuw inspireren mij niet erg. Kunnen we het nog op een andere manier bekijken? Ik denk het wel.
Je ziet dat Hegel al een nieuwe weg inslaat. Voor hem is het dualisme van geest en materie veel flexibeler. Een tweedeling is niet zo makkelijk te maken. Geest komt tot uitdrukking en ontplooiing in de wereld, in lichamen van planten, dieren en mensen. Geest is eigenlijk niets zonder materie.
Ik trek dit graag door. Wat als er nu niet echt een tweedeling is tussen geest en materie? We weten niet wat geest is—het is erg ongrijpbaar. Maar we weten ook niet wat materie is. Eerst hadden we vuur, water, lucht en aarde (denk aan de oude Grieken) en toen een molecuul, toen een atoom en toen quarks. Of neem Einsteins relativiteitstheorie. Die laat zien dat snelheid, tijd, en massa op elkaar betrokken zijn.
Vroeger dachten we dat we alleen niet wisten wat geest is en daarom spraken we over God. Maar nu weten we zelfs niet meer wat materie precies is. Dat zeg ik niet om de wetenschap belachelijk te maken of wetenschappelijke kennis in twijfel te trekken. Ik wil alleen maar zeggen: onze wereld is enorm complex. Hoe dieper we duiken en hoe meer we te weten komen hoe raadselachtiger alles wordt.
Misschien is de scheiding tussen geest en materie wel helemaal niet zo duidelijk te maken. Sterker nog, misschien zijn beide twee kanten van dezelfde medaille. Geest is materie in een bepaalde verschijningsvorm en materie is hoe geest zichzelf tot uitdrukking brengt.
Spiratie
Of mijn mini-theorie waar is, weet ik niet. Maar wat ik wel weet, is dat als mijn intuïtie klopt, er niet langer sprake kan zijn van inspiratie. Ik krijg geen ingeving; er komt niet iets naar me toe; er is niet een muze van buitenaf. Wanneer ik iets nieuws creëer, kom ik als uiting van geest op een nieuwe wijze tot uitdrukking in de wereld.
Ik krijg inspiratie, maar dan zonder de ‘in’. Ik ben zelf die vernieuwing; ik ben die nieuwe kijk op mijn wereld waar anderen zichzelf weer op een nieuwe manier in kunnen herkennen. We ‘spireren’ samen. We zijn samen het leven dat nieuwe wegen zoekt om zichzelf uit te drukken. Wij zijn het leven dat elke dag verwonderd de wereld inkijkt en zichzelf op nieuwe manieren ontdekt.
Dat is een wonder.
Het is een nieuwe manier van kijken die het heelal niet ziet als een product van toeval maar ook niet als het product van een externe schepper. Het heelal leeft. Het leeft op talloze niveaus en in talloze existentiële modi. Een sterrenstelsel leeft, een zonnestelsel leeft, een planeet leeft, geologie is leven, biotisch leven is leven, zichzelf herkennend leven is leven.
Creativiteit
Dat brengt mij als laatste bij de vraag van Kees: “Kun je je werkelijk laten inspireren? Marketeers zijn namelijk dol op 'inspiratie', maar naar mijn idee zijn ze vooral aan het knippen en plakken”.
Het is duidelijk, ik heb zijn vraag natuurlijk volledig uitgebuit om op de filosofische toer te gaan. Kon het niet laten. Maar… toch kan ik nu juist een goed antwoord geven. Filosofie kan zo ontzettend handig zijn.
Een gebrek aan inspiratie is niet zozeer een uitblijven van de ingeving. Er wordt namelijk nooit iets ingegeven. Het leven ontdekt immers zichzelf. Leven is altijd ‘spiratie’ zonder de ‘in’. Wij zijn zelf de creativiteit waarnaar wij op zoek zijn. Wij zijn zelf de vernieuwing die we nastreven. Het moet alleen nog geactualiseerd worden. Het moet alleen nog tot uitdrukking komen.
Als er dus een gebrek aan creativiteit is, het soort gebrek dat we normaal gesproken een tekort aan inspiratie noemen, dan is het niet omdat we van iets te weinig hebben. Het is er allemaal al. We zijn het al. Een gebrek aan inspiratie zit niet aan de input zijde maar bij de output. Dáár zit een blokkade.
Zo zijn de marketeers van Kees vaak bezig met targets halen, leads genereren, de output omhoog krikken om maar meer winst te maken.
Hoe komt dat? Het komt omdat het leven dat wij zijn ook meteen een soort leven is dat zichzelf een loer draait. Als wezens die zelfbewust zijn, hebben wij kennis van de dood. Onze eigen aanstaande dood om precies te zijn. En deze kennis van de dood maakt ons neurotisch en zorgt ervoor dat onze levenslust en creativiteit getemperd worden.
Dit doen wij op erg veel manieren. We stellen ons telkens doelen die een onbekommerde uitdrukking van geest in ons in de weg staat. We komen terecht in religies die ons van onze vrijheid beroven. We geven onszelf over aan ideologieën die in ruil voor ons levens ons een herkenbaar doel geven dat ons de dood even doet vergeten. We gaan op in de rat race om meer geld te verdienen of macht te vergaren.
Absurditeit
Hoe verder we staan van de onbevangenheid van het leven, hoe lastiger het wordt om ware creativiteit tot uiting te brengen. Ik maak daarbij wel de kanttekening dat juist de wijze waarop geest tot uitdrukking komt in de mensheid tot een bijzondere situatie leidt.
Kunstenaars — de mensen dus die in normaal taalgebruik extreem geïnspireerd zijn — zijn dat niet zozeer omdat ze onbekommerd expressie geven aan geest. Dat kan niet want ook kunstenaars hebben deel aan die vorm van leven die weet heeft van de dood. Ook kunstenaars zijn vaak neurotisch op de vlucht voor die dood.
Wat is dan ware inspiratie? En, in het verlengde daarvan, wanneer vinden wij kunst groot? Wanneer het leven dat wij zijn, die geest waarvan wij de zelfexpressie zijn, expressie geeft aan de volle omvang van het inzicht dat wij doodgaan. Wanneer een kunstenaar het spanningsveld tussen schoonheid en absurditeit perfect weet te vatten in een kunstwerk, gedicht, muziekstuk of schilderij.
Dan is er sprake van inspiratie, maar dan zonder de ‘in’. Dan komt het leven dat wij zijn tot het inzicht dat het leven zowel lijden als liefde betekent, dat het leven zowel waanzinnig als waar is, dat het zowel zinloos als zinvol is, dat het leven altijd ten dode is opgeschreven. Dan wordt het leven in zijn volheid tot uitdrukking gebracht in zijn schoonheid en verbrokenheid, van inspiratie tot expiratie, van inademen tot uitademen, van tot leven komen tot sterven.
Bestaat inspiratie? Niet echt. Maar dat is uiteindelijk maar een etymologische en semantische uitspraak. De gebeurtenis die wijzelf zijn, het brandpunt waar geest en materie tot zelfbewustzijn komen, beweegt van inspiratie tot inspiratie.
En dat is een wonder. En wij mogen daaraan deelhebben. Zelfs marketeers.
Meld je ook aan voor Amplify! de maandelijkse nieuwsbrief van Zekyr Copywriting voor meer content over de communicerende mens. Ik werk vanuit een duidelijke visie die de copywriter als het brandpunt van de communicatie ziet. Ik heb ook ideeën over hoe de wereld anders kan en zou moeten. Als je op zoek bent naar een schrijver die jouw merk laat groeien met woorden, neem dan zeker even contact op met Zekyr.